Nieuws

De val van Rutte IV – veranderende dynamiek voor Nederland in Brussel

25-07-2023

De val van het kabinet Rutte IV en de aankondiging van het aftreden van premier Rutte hebben niet alleen een ingrijpende impact op het Nederlandse politieke landschap, maar zullen ook consequenties hebben voor de positie van Nederland in “Brussel.” De vraag die rijst is in hoeverre Nederland aan invloed in Brussel zal inboeten, want die invloed leek de afgelopen jaren op een aantal dossiers te zijn toegenomen. In deze blog reflecteren collega’s Mike de Wit en Valérie Mendes de León op enkele beleidsimplicaties van de val van het kabinet Rutte IV.

Het oliemannetje van Europa: in persoon en op beleid

Hoewel het imago van premier Rutte (VVD) in Nederland al enige tijd onder druk stond, genoot hij meer dan ooit in aanzien en waardering in Brussel als een van de langstzittende regeringsleiders. Rutte’s bemiddelende rol en vaardigheid in het smeden van compromissen werd gewaardeerd. Bovendien werd zijn houding als oliemannetje van Europa alleen maar versterkt door het vertrek van de Britten uit de Europese Unie. Deze constructieve rol werd het meest recentelijk zichtbaar in de EU-Tunesië deal over – ironisch genoeg – migratie, waar Rutte samen optrad met de Italiaanse premier Meloni, een Zuid-Europees land waar Nederland vaak tegengestelde standpunten inneemt en daarmee dus een symbolische alliantie vormt. Terwijl snelheid en haalbaarheid op een aantal beleidsdossiers minder gegarandeerd lijkt door de val van het kabinet, acht de Raad afronding van dit dossier nog realistisch voor zijn vertrek.

Een ander voorbeeld waarbij het kabinet recentelijk haar invloed heeft proberen aan te wenden, is de rol van Nederland in het Europese begrotingsbeleid wat is vastgelegd in het Stabiliteitspact. Onder leiding van D66 minister Kaag (Financiën) had de Nederlandse regering een nieuwe rol uitgestippeld en ingenomen in lopende onderhandelingen over het Stabiliteitspact, ondanks de vanouds fiscaal conservatieve aard van de Nederlandse regering. Hoewel de kernbelangen van Nederland onveranderd blijven – zoals voldoende schuldvermindering in landen met een schuld boven de drempel van 60 procent van het BBP – nam Nederland dit keer een meer proactieve houding aan. Vorig jaar sloeg Den Haag zelfs de handen ineen met Madrid om gezamenlijke voorstellen voor hervormingen naar voren te brengen – wederom een zuidelijk lidstaat dat net als Italië vaak lijnrecht tegenover Nederland staat en zich bovendien inmiddels eveneens in een onzekere verkiezingstijd bevindt.

In Brussel werd de dubbele rol van fiscaal conservatisme in combinatie met een constructieve houding als pleitbezorger van samenwerking met enthousiasme ontvangen. Na het aftreden van premier Rutte staat deze positie echter op het spel. Ambtenaren van de Europese Commissie maken zich zorgen dat de Nederlandse en Spaanse verkiezingen de voortgang van de deal kunnen vertragen. Het doel voor de Raad was om in december een algemene oriëntatie te bereiken over de hervorming van de fiscale regels (wanneer de Raad een standpunt vaststelt) en de triloogonderhandelingen in het voorjaar van 2024 af te ronden (de fase waarin tussen de Europese Raad, de Commissie én het Parlement wordt onderhandeld). Dit wordt nu een grotere uitdaging.

Complexe positie demissionaire bewindslieden en departementen

De demissionaire ministers en staatssecretarissen, evenals het ambtelijk apparaat, zullen de komende tijd beperkingen ervaringen in hun mogelijkheden om krachtig en adequaat op te treden en te manoeuvreren in de Brusselse beleidsarena.

Dit komt onder meer doordat het demissionaire kabinet zich vanaf begin september niet meer zal kunnen committeren aan een aantal – controversieel verklaarde – beleidsdoelen en de toegenomen invloed van de Tweede Kamer op de Nederlandse standpuntbepaling: de regering kan niet altijd meer op coalitiesteun rekenen en zal voor elke stap het net moeten ophalen. Dit kan bijvoorbeeld de benodigde onderhandelingsruimte belemmeren op onderwerpen waarover Nederland verdeeld is, zoals het geval is bij kwesties als het Asiel- en Migratiepact of landbouw- en natuurwetgeving.

Een ander belangrijk onderdeel van het Nederlandse beleidsvorming en diens inzet in Brussel zijn de zogenoemde BNC-fiches (‘Beoordeling van Nieuwe Commissievoorstellen’) die ministeries opstellen wanneer de Europese Commissie nieuwe voorstellen publiceert. Een dergelijk fiche licht de Nederlandse positie op het dossier toe en bespreekt daarnaast bijvoorbeeld ook de beoordeling van proportionaliteit, haalbaarheid en subsidiariteit van het betreffende voorstel. Hier wordt echter verwacht dat, ondanks de demissionaire status van het kabinet, het geen grote invloed zal hebben op lopende zaken en processen op Europees niveau. Ministeries kunnen nog steeds nieuwe fiches voorbereiden om de Tweede Kamer te informeren, die er dan over kan oordelen en richting kan geven aan het kabinet.

Een voorbeeld is het voorstel voor een Digitale Euro, dat de Europese Commissie op 28 juni heeft gepubliceerd. De verwachting is vooralsnog dat het bijbehorende BNC-fiche deze zomer naar de Kamer wordt gestuurd. Aangezien echter het mandaat van de Commissie bijna afloopt en in 2024 ook Europese verkiezingen zullen plaatsvinden, zullen in het najaar minder grote en nieuwe wetsvoorstellen worden gepubliceerd dan gebruikelijk. Qua timing pakt dit voor Nederland dus goed uit.

Proces tijdens en na het vertrek van ‘Teflon Mark’

De komende maanden moeten nog een aantal grote Europese wetgevingstrajecten beslecht worden vóór de Europese Parlementsverkiezingen in juni 2024. In een aantal van deze trajecten ambieert Nederland een voortrekkersrol en zijn daarom interessant om de komende maanden te volgen. Denk hierbij aan het bovengenoemde nieuwe Europese asielbeleid en de herziening van de begrotingsregels, maar ook de introductie van Europese wetgeving voor Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO), hervorming van het Europese fiscale stelsel, de verlaging van medicijnprijzen in het Farmacie Pakket, de uitbreiding van het Schengengebied met mogelijke toegang tot Bulgarije en Roemenië die waarschijnlijk tot frustratie van deze landen wordt uitgesteld, het stimuleren van de Green Deal, en andere prioriteiten van het Spaanse voorzitterschap van de Raad.

Wat betreft een van de grootste en meest ingrijpende dossiers, de Green Deal, nam Nederland met Eurocommissaris voor klimaat en eerste vicevoorzitter van de Europese Commissie, Frans Timmermans (PvdA), een prominente positie in. Ook Timmermans heeft aangegeven te vertrekken, waarmee Nederland een ander zwaargewicht in Brussel verliest. Timmermans ambieert een terugkeer naar de Nederlandse politiek als lijsttrekker van de gezamenlijke PvdA/GroenLinks-lijst, en zal vervangen moeten worden door een nieuwe Nederlandse Eurocommissaris. Wie dat wordt en welke portefeuille diegene krijgt zal een flinke puzzel worden en moet nog blijken. Niet alleen Commissievoorzitter Ursula von der Leyen heeft daarin zelf een belangrijke stem, ook het demissionaire kabinet speelt een belangrijke rol door het voordragen van een nieuwe Nederlandse Commissaris. Gezien de demissionaire status van het kabinet, kan het mogelijk nodig zijn dat overleg moet worden gevoerd met een deel van de oppositie over deze benoeming. Bovendien is het denkbaar dat Nederland genoegen moet nemen met een minder zware portefeuille.

EU-diplomaten kijken tevens met argusogen naar Den Haag omdat Nederland niet bekendstaat als het land van snelle kabinetsformaties. Met verkiezingen in november zal er vermoedelijk op zijn vroegst in het voorjaar van 2024 een nieuw kabinet zijn, met consequenties voor zowel de Europees beleidsvorming als de impact die Nederland daarin kan maken. Toch liggen er juist voldoende kansen in het feit dat Nederland na de Nederlandse én Europese verkiezingen onder een nieuw kabinet een hernieuwde visie en strategie ontwikkelt, prioriteiten stelt en nieuwe allianties kan smeden. Des te meer zaak voor ondernemingen, organisaties en overheden om op tijd hun prioriteiten kenbaar te maken in zowel Den Haag als Brussel.

Meer weten hoe Public Matters uw organisatie kan ondersteunen op zowel Europees, nationaal als lokaal niveau? Neem dan gerust contact met ons op.

"Op dit moment is het des te meer zaak voor ondernemingen, organisaties en overheden om op tijd hun prioriteiten kenbaar te maken in zowel Den Haag als Brussel."

Public matters

Interesse in onze dienstverlening? Neem contact met ons op.