Opinie

De overheid als marktmeester

10-05-2019

De roep om de marktmeester

Mij valt de laatste tijd één woord in de Tweede Kamer steeds op: de marktmeester. Dan roepen Kamerleden niet om een toezichthouder, geen instantie, maar om een meester van de markt. Partijen, van links tot rechts, vinden dat de overheid een sterkere rol op zich moet nemen om ‘de markt’ in goede banen te leiden. Zoals in de zorg, op de postmarkt, de financiële markten en het spoor. Maar wat betekent de overheid als marktmeester nou eigenlijk?

Opmerkelijk is dat niet alleen linkse partijen roepen om marktmeesterschap. Onlangs organiseerde het CDA eenbijeenkomstover marktwerking en concludeerde dat de overheid zich moet inspannen om markten zo goed mogelijk te organiseren en bij te sturen waar nodig. Daarnaast stelt ook VVD fractievoorzitter Klaas Dijkhoff in zijndiscussiestukdat het de taak is van de overheid om op te treden als marktmeester en dat minder liberale middelen nodig kunnen zijn om liberale doelen te bereiken. Van links tot rechts in de Tweede Kamer bestaat steun voor de rol van de overheid als marktmeester.

‘Marktdenken’ passé?

De afgelopen decennia is het Nederlands beleid sinds de kabinetten Paars gedomineerd door het marktdenken. Welk probleem er ook bestond, de oplossing lag in de markt. Immers, de ondernemer zal altijd een goedkopere en betere manier vinden om de consument te bedienen dan de overheid dat ooit zou kunnen, toch?

Inmiddels weten we dat als je de markt vrij laat dit niet altijd de gewenste effecten oplevert. Al in 2000concludeerdede Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) dat de afgelopen jaren ”te ondoordacht en te onvoorbereid” is gekozen voor marktwerking. In 2012 concludeerden deparlementaire onderzoekscommissie Kuiperen deWRRonder andere dat de overheid de afgelopen decennia de problemen met betrekking tot zowel het vormgeven, de onzekerheden als het waarborgen van publieke belangen in de markten heeft onderschat.

Toch is het marktdenken niet verdwenen. In de afgelopen 15 jaar is zowel in de zorg als in het onderwijs (een vorm van) marktwerking ingevoerd. Ook na de financiële crisis heeft de overheid niet in een reflex de financiële markten genationaliseerd (op een enkele bank na) en in de huidige hervorming van de postmarkt wordt een genationaliseerd postbedrijf niet eens overwogen. Als het marktdenken niet is verdwenen, wat is er anno 2019 dan anders? Wat we nu zien is een veranderende rol van de overheid ten opzichte van de markt. Burgers en volksvertegenwoordigers roepen de overheid op om op te treden als marktmeester.

De marktmeester als verdediger van publieke belangen

De oorspronkelijke marktmeester uit de 17de eeuw was de schout of functionaris die zorg droeg voor het goede verloop van de warenmarkt, fungeerde als toezichthouder en als aanspreekpunt voor ondernemers. De moderne vraag om marktmeesterschap is eigenlijk niet heel anders: een overheid die toezicht houdt op de bredere maatschappelijke rol van marktpartijen, die fungeert als aanspreekpunt voor het bedrijfsleven, die de markt in goede banen leidt en ingrijpt waar nodig.

Om deze rol te vervullen wordt van de overheid een actievere houding verwacht door Kamerleden. De moderne marktmeester is bijvoorbeeld terug te vinden in minister De Jonge die zelf aangeeft dat demarktwerking in de zorgop sommige gebieden is doorgeslagen. Of de overheid die een belang koopt inKLM-Air Franceom de positie van Schiphol te beschermen. Of de nationale spoorbeheerderProRailomvormt tot zelfstandig bestuursorgaan omwille van meer regie op het spoor door de overheid. Of een overheid die nadenkt over actieverebescherming van Nederlandse bedrijventegen buitenlandse overnames. Kortom, een overheid die zich actief opwerpt als verdediger van publieke belangen op de markt en stuurt en afweegt waar ingrijpen noodzakelijk is.

Het marktmeesters’ beleid

De overheid die ingrijpt is dus geen taboe meer. Links en rechts wordt de overheid opgeroepen om stelling te nemen en de rol van de overheid te herzien. Dit heeft gevolgen voor de manier waarop de overheid zich verhoud ten opzichte van markten en toezichthouder én heeft gevolgen voor wet- en regelgeving.

Gesteund door de roep uit maatschappij en politiek mag de overheid bepalen wat wel en niet onder het publieke belang valt en haar beleid daarop inrichten. Nieuwe wet- en regelgeving wordt gebaseerd op een sterkere rol van de overheid met meer mogelijkheden om in te kunnen grijpen – immers kan een marktmeester zonder machtsmiddelen de markt niet adequaat in goede banen leiden. Dat vooruitzicht levert mogelijk meer vragen op dan antwoorden. Wat betekent dit voor de maatschappelijke rol van marktpartijen ? Hoe verhoudt de rol van de overheid als marktmeester zich tot het toezicht door de ACM? En wat zal Brussel hiervan zeggen? Is het overheid óf markt of overheid én markt?

Meer weten? Neemt contact op met Kaz de Bruijn (E: kdbruijn@publicmatters.nl T:+31(0)70 3046 482)

Links en rechts wordt de overheid opgeroepen om stelling te nemen en de rol van de overheid te herzien.

Public matters

Interesse in onze dienstverlening? Neem contact met ons op.