Op weg naar een duurzame landbouw: Europese aanbevelingen uit de ‘Strategische Dialoog’
Afgelopen zomer presenteerde Commissievoorzitter Ursula von der Leyen, die voor een tweede termijn werd verkozen, haar beleidsprioriteiten voor de komende vijf jaar. In september volgden de kandidaat-commissarissen en hun portefeuilles, die hier invulling aan zullen geven. In deze blogserie van Public Matters bespreken we wat er de komende vijf jaar te verwachten valt op vier belangrijke Europese beleidsdomeinen: energie en industrie, zorg, technologie, en landbouw. Deze week sluit collega Evi de serie af met een analyse van de Europese landbouwprioriteiten.
Hoe sluiten deze ambities aan op de Nederlandse inzet, zoals uiteengezet in het recent gepresenteerde regeerakkoord? Welke kansen en uitdagingen liggen er op weg naar een duurzame landbouw?
De ‘Strategische dialoog over de Toekomst van de Landbouw’ als antwoord op de boerenprotesten
Eerder dit jaar stond Von der Leyen voor de uitdaging van boerenprotesten, veroorzaakt door onvrede over milieuregels en concurrentie. In reactie daarop en onder grote druk vanuit haar eigen partij en het risico niet herkozen te worden, liet ze onderdelen van de Green Deal los en introduceerde de “Strategische Dialoog over de Toekomst van de Landbouw”. Hieraan namen 29 organisaties deel, waaronder boeren, bedrijven, financiële en kennisinstellingen en NGO’s.
Het resultaat was een ruim 100-pagina’s tellend rapport dat afgelopen 4 september werd gepresenteerd, met daarin richtlijnen voor de landbouw die het belang van de sector voor zowel voedselzekerheid als de geopolitieke positie van Europa onderstrepen. Het rapport focust op innovatie(landbouw) als motor voor verduurzaming, en stelt benchmarks voor risicomanagement om boeren te beschermen tegen crises en extreme weersomstandigheden. Over het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) valt te lezen dat deze moet worden aangepast om beter in te spelen op klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en druk op hulpbronnen, met inkomenssteun die doorgaat tot 2042. Deelnemers pleitten daarnaast voor een Europees transitiefonds en een leenfaciliteit van 3 miljard euro om boeren de ondersteunen bij de transitie. Lidstaten moeten daarnaast bestaande natuur- en milieurichtlijnen, zoals de Nitraat- en Vogelrichtlijnen, makkelijker kunnen implementeren. Hoewel dit niet betekent dat de richtlijnen worden herzien, moeten knelpunten die lidstaten ervaren worden aangepakt.
Nieuwe benadering van de Europese Commissie
Het rapport vertegenwoordigt een breuk met de vorige Commissie waarbij Von der Leyen kiest voor een minder rigide en van bovenaf gestuurde aanpak, met meer ruimte voor flexibiliteit en maatwerk. De stapeling van wet- en regelgeving, én het gebrek aan aandacht voor de effecten daarvan, lag immers ten grondslag aan de protesten die we afgelopen tijd hebben gezien. Boeren die bepaalde doelen niet halen, worden met deze aanbevelingen beter op weg geholpen bij de transitie in plaats van geconfronteerd met sancties.
In haar uiteenzetting van de beleidsprioriteiten voor de komende vijf jaar belooft Von der Leyen binnen 100 dagen (lees: nadat de Commissie is beëdigd, dus niet eerder dan november 2024) de aanbevelingen om te zetten in concreet beleid. Het is komende maanden aan Christophe Hansen, de kandidaat-Eurocommissaris op landbouw, om deze beleidsagenda vorm te geven.
Nederlandse inzet
Ook in Nederland is de impact van de boerenprotesten niet onzichtbaar gebleven. Het heeft mede geresulteerd in kabinetsdeelname van de BBB. Het onlangs gepresenteerde regeerprogramma sluit nauw aan op de aanbevelingen die zijn opgetekend aan de strategische dialoogtafel. Beide beleidslijnen benadrukken het belang van innovatie, maatwerk en samenwerking om de landbouwsector duurzamer en veerkrachtiger te maken. Een paar voorbeelden: Nederland streeft naar eerlijke concurrentie binnen Europa en heeft net als Brussel oog voor de geopolitieke handelspositie. Ook het andere Brusselse uitgangspunt, de nadruk op voedselzekerheid, vertaalt zich door in de aankondiging dat Nederland in 2025 met een eigen nationale voedselstrategie komt, en natuurlijk de naam van het ministerie hier zelfs op heeft aangepast.
Nederland zet daarnaast in op samenwerking met jonge ondernemers om technologische oplossingen, zoals robots, in de landbouw te integreren, en stimuleert daarmee net als Europa innovatie op het boerenerf. Om de biodiversiteit te versterken maar boeren ook financieel te ondersteunen bij de transitie naar een meer duurzame landbouwpraktijk, zet Nederland in op agrarisch natuurbeheer. Dit onderschrijft de ambitie om boeren meer duidelijkheid en regie te geven bij de verduurzaming van hun sector, waarbij doelsturing in plaats van middelensturing centraal staat. De aanbeveling om de implementatie van enkele EU-richtlijnen te verbeteren, waaronder de Nitraatrichtlijn en Vogel- en Habitatrichtlijn, biedt bovendien een opening voor Nederland om enig succes te boeken op de uitzonderingspositie binnen de Nitraatrichtlijn, die minister van LVVN, Femke Wiersma, van plan is opnieuw te bedingen.
Vervolg
Het succes van de aanbevelingen hangt af van hoe deze de komende tijd worden uitgewerkt en worden beoordeeld door het Europees Parlement. Belangrijk daarbij is hoeveel er uiteindelijk overeind blijft, aangezien natuur- en biodiversiteitsherstel hoog op de Europese agenda blijft staan, met de KRW-richtlijn die vereist dat de gestelde doelen in 2027 zijn bereikt. Tegelijkertijd heeft de strategische dialoog een directe inspraakmogelijkheid gecreëerd voor de agrarische sector over hoe beleid doorwerkt in de praktijk en hoe het perspectief kan worden versterkt. Deze inspraak wordt voortgezet in werkgroepverband, de zogeheten European Board on Agri-Food, waardoor boeren nu een grotere invloed hebben op het beleid (uiteraard in samenspraak met NGO’s, het bedrijfsleven en ketenpartijen, die ook in dit verband betrokken blijven). Hoewel dit initiatief niet garandeert dat toekomstige boerenprotesten uitblijven, is de blijvende betrokkenheid op zichzelf al een waardevolle vooruitgang.
Het is nu aan kandidaat-landbouwcommissaris Hansen, Commissievoorzitter Von der Leyen en BBB-minister van LVVN Femke Wiersma in Nederland, die politiek leidinggeeft aan het landbouwministerie, om de hoge verwachtingen onder boeren en beloften aan kiezers ook waar te maken. De komende maanden wordt de Nederlandse EU-strategie op landbouw uitgewerkt. Deze wordt nog eind dit jaar verwacht. In combinatie met de Brusselse beleidsagenda die door Eurocommissaris Hansen wordt vormgegeven en ter besluitvorming wordt voorgelegd, is komend half jaar zeer bepalend voor de beleidslijn die Europa zelf en Nederland zal voeren ten aanzien van de toekomst van het Europese landbouwbeleid.
Tot slot
Voor organisaties die lobbyen in de EU zijn beleidsprioriteiten van de Europese Commissie en de specifieke focusgebieden van cruciaal belang. Het doorgronden van (de timing van) deze prioriteiten en ambities, stelt hen in staat om hun strategieën effectief te richten op de belangrijkste beslissingsmomenten en de relevante stakeholders. Organisaties die proactief beleidsontwikkelingen volgen, hun netwerk in Brussel gebruiken en strategisch samenwerken hebben hierin een voorsprong.
"Het komende half jaar is cruciaal voor de toekomst van het Europese en Nederlandse landbouwbeleid."
Public matters