Nieuws

Oekraïneverdrag stilletjes verzacht

03-06-2016

Onderhandelingen met Oekraïne


Lobby mikt op vier punten. Nederland is volop bezig om het samenwerkingsverdrag van de EU met Oekraïne aangepast te krijgen.

De onderhandelingen achter de schermen zijn opmerkelijk; officieel wacht ons land met het vertalen van het Nederlandse ’nee’ tegen verdere samenwerking met Kiev totdat de Britten zich op 23 juni per referendum hebben uitgesproken over al dan niet blijven in de EU.
De lobby mikt op wijziging van het verdrag op vier punten. Het kabinet is tevreden als het uiteindelijk twee of drie van deze onderwerpen weet binnen te slepen, zo melden Haagse bronnen.
Eerste doel is het aanpassen van de defensie- en veiligheidsafspraken in het verdrag. Nederland wil de indruk wegnemen dat Oekraïne hieraan garanties kan ontlenen op militaire bescherming.
Het kabinet wil bovendien dat ratificatie van het samenwerkingsverdrag op geen enkele manier leidt tot Oekraïense aanspraken op geld uit EU-financieringsmechanismen. Verder moet er in het verdrag de verzekering komen dat het Kiev geen garantie geeft op lidmaatschap van de EU. Op het vlak van corruptiebestrijding is het associatieverdrag weer niet stellig genoeg; ook dit punt verdient aanpassing.

Met de wijzigingen hoopt het kabinet recht te doen aan het Nederlandse referendum, waarin kiezers verdere samenwerking met Oekraïne afwezen. Tegelijkertijd moet de oplossing voor de overige 27 EU-lidstaten aanvaardbaar zijn.
„De signalen zijn positief”, zegt een een bron bij de lobby. „Bij andere Europese landen is er veel begrip voor ons probleem, al is het alleen maar omdat elke lidstaat iets heeft te stellen met Brussel.” Door het Nederlands EU-voorzitterschap zijn de contacten met de andere lidstaten warm. „We kunnen snel schakelen. Tegelijkertijd is Nederland te verstaan gegeven: het is jullie probleem, dus jullie moeten met iets komen.”

Oost-Europese landen zouden moeite hebben met aanpassen of schrappen van afspraken op het gebied van defensie en terrorismebestrijding; het verstrekt de indruk dat het oosten aan z’n lot overlaat. Nederland sust die angst; niet de EU is immers de veiligheidsparaplu, maar de NAVO.
Het kabinet heeft nog even de tijd. De lobby loopt momenteel alleen nog op het niveau van ambtenaren. Pas na het Brexit-referendum gaan regeringsleiders zich ermee bemoeien. Vermoedelijk komt de kwestie pas aan de orde in september. Ons land heeft dan de handen vrij, omdat het tijdelijk voorzitterschap dan is afgelopen.

Bron: Telegraaf 3 juni 2016

Foto door Mathias Reding

Public matters

Interesse in onze dienstverlening? Neem contact met ons op.