Lobbyen tegen importtarieven “the most beautiful word”
“To me ‘tarrif’ is the most beautiful word in the dictionary” zei presidentskandidaat Donald Trump op 15 oktober jl. in een gesprek met de hoofdredacteur van Bloomberg in aanwezigheid van zo’n 600 vertegenwoordigers uit het Amerikaanse bedrijfsleven. Nu de inauguratie van de Trump-regering in januari aanstaande is, is ook de introductie van importtarieven een feit. Hoe, welke en wanneer is nog niet duidelijk. Wel dat deze tarieven ook internationaal opererende bedrijven zullen raken. Werk aan de winkel voor de lobbyist en leer uit de eerste Trump-regeerperiode, begrijp de manier op welke wijze tarieven kunnen worden geïntroduceerd en werk intern en extern multidisciplinair samen.
Garanties van lessen uit het verleden?
Tijdens de eerste regeerperiode van president Trump werd Nederland als EU-lidstaat getroffen door verschillende tariefbarrières. Deze maatregelen waren grotendeels gericht op de EU als geheel en hadden gevolgen voor verschillende bedrijven en sectoren. De belangrijkste tarieven die Nederland troffen waren bijvoorbeeld dat de VS in maart 2018 een tarief van 25% oplegde op de invoer van staal en een tarief van 10% op de invoer van aluminium uit meerdere landen. Ook werd een tarief van 25% geïntroduceerd op Europese goederen, waaronder kaas, wijn en sterke drank. Nederlandse kaas en andere landbouwproducten behoorden tot de producten die het doelwit waren. Met directe gevolgen voor de Nederlandse export. Hoewel er geen directe tarieven werden opgelegd, dreigde de regering van president Trump ook met tarieven voor landen die een Digital Services Tax (DST) wilden invoeren. Als reactie, voerde de Nederlandse regering destijds zowel unilateraal, als via de EU-onderhandelingen om de handelsspanningen en consequenties voor specifieke bedrijven te verminderen. Een cruciale rol werd daarbij vervuld door zowel de Nederlands-Amerikaanse ambassade in Washington, als de Amerikaanse ambassade in Nederland.
Proces en verantwoordelijkheden
In de Verenigde Staten wordt de bevoegdheid om handel te reguleren en tarieven op te leggen, gedeeld door het Congres en de president.
De rol van het Congres
De Amerikaanse grondwet geeft het Congres de primaire bevoegdheid met een algemeen kader voor het handelsbeleid door middel van wetgeving. Dat is vastgelegd in wetten zoals de Trade Act van 1974. Hierin wordt geregeld dat het Congres de president toestaat om onder bepaalde voorwaarden specifieke handelsmaatregelen te nemen. Evenals bijvoorbeeld de Tariff Act van 1930 (“Smoot-Hawley Tariff”), die tarieven regelt, en de Trade Promotion Authority (TPA), die aangeeft hoe handelsovereenkomsten kunnen worden onderhandeld en goedgekeurd.
Rol van de president
Het Congres heeft bepaalde bevoegdheden dus aan de president gedelegeerd om in specifieke situaties eenzijdig op te treden in handelskwesties. Sectie 232 van de Trade Expansion Act van 1962 geeft de president bijvoorbeeld de mogelijkheid om tarieven op te leggen als import een bedreiging vormt voor de nationale veiligheid. Of Sectie 301 van de Trade Act van 1974 staat de president toe om actie te ondernemen tegen oneerlijke buitenlandse handelspraktijken. De president maakt vaak gebruik van deze gedelegeerde bevoegdheden om tarieven in te voeren of aan te passen zonder dat hij daarvoor eerst toestemming van het Congres nodig heeft. Dit wordt ook verwacht tijdens de tweede termijn van president Trump.
Goedkeuring vereiste
Onder deze gedelegeerde bevoegdheden heeft de president niet onmiddellijk de goedkeuring van het Congres nodig om tarieven in te voeren. Het Congres houdt echter wel toezicht en kan wetgeving aannemen om de tariefbesluiten van de president terug te draaien of te wijzigen. Dergelijke wetgeving vanuit het Congres vereist de handtekening van de president of voldoende stemmen om een veto te weerleggen. Hoewel de kans op terugdraaien of wijzigen klein is de komende 22 maanden omdat het Congres in meerderheid ‘rood’ is.
Aan de slag
In alle gevallen is het nog onduidelijk welke tarieven wanneer worden opgelegd. Wat zeker is, dat het niet lang duurt na de inauguratie op 20 januari 2025 dat de eerste tarieven worden geïntroduceerd. Daarna is het een kwestie van onderhandelen voordat deze definitief worden opgelegd en geeffectueerd. Hierop kan een bedrijf zich nu al voorbereiden. Hoe? Met scenario’s van mogelijkheden gebaseerd op:
- Inventariseren van de exacte economische footprint van bedrijfsactiviteiten in, naar en uit de VS.
- Benutten van regulier contact met relevante ministeries in Den Haag, de Commissie in Brussel of brancheorganisaties. En het oor te luisteren te leggen bij de vooruitgeschoven diplomatieke post van Nederland in Washington of in specifieke Staten waar bedrijfsactiviteiten worden ondernomen. Ook de Amerikaanse ambassade in Nederland is een nuttige bron van informatie.
- Mobiliseren van netwerken en expertise op onder andere juridisch, economisch, fiscaal als public affairs-vlak. Aan beide kanten van de oceaan.
Kortom: een veelheid van acties om de bedrijfsstrategie op te baseren zodanig dat wanneer de importtarieven worden aangekondigd, de scenario’s van handelen klaarliggen.
"Werk aan de winkel voor de lobbyist en leer uit de eerste Trump-regeerperiode, begrijp de manier op welke wijze tarieven kunnen worden geïntroduceerd en werk intern en extern multidisciplinair samen."
Public matters